Deze website maakt gebruik van cookies. We gebruiken cookies om instellingen te onthouden en je bezoek soepeler te laten verlopen. Daarnaast gebruiken we ook cookies voor de verbetering van de website en het verzamelen en analyseren van statistieken. Lees meer over cookies

Annelies Bos: ‘Praat met de arts over vruchtbaarheid’

Behandelingen bij kanker kunnen schade veroorzaken aan de vruchtbaarheid. Zeker als je kind jong is, denk je daar misschien nog niet direct over na. Toch is het een belangrijk onderwerp. Er is veel mogelijk om problemen rond vruchtbaarheid te voorkomen, vertelt gynaecoloog Annelies Bos.

Als ouder van een kind met kanker ben je vooral bezig met de vraag: wordt mijn kind weer beter? Zeker als je kind nog jong is, denk je misschien niet aan de negatieve gevolgen van de behandeling. Bijvoorbeeld dat je kind er mogelijk onvruchtbaar van kan worden. Annelies Bos: ‘Ik spreek veel met jonge mensen die vroeger kanker hebben gehad. Nu pas beseffen ze dat de behandeling ze onvruchtbaar heeft gemaakt. Terwijl er steeds meer mogelijkheden zijn daar wat aan te doen. Maar dan moet je wel vooraf maatregelen nemen.’

Er op tijd over beginnen

Annelies is er duidelijk over: bij ieder kind met kanker – hoe jong ook – moeten artsen óók praten over de risico’s van de behandeling voor de vruchtbaarheid. ‘Gelukkig beginnen steeds meer artsen er zelf over. En ze vertellen kind en ouders dat zij terecht kunnen bij mij of mijn collega’s voor een nader gesprek. Of bij iemand van het fertiliteitsteam – het ‘vruchtbaarheidsteam’ – van het Prinses Máxima Centrum. Als de dokter het zelf niet aankaart, begin er dan zelf op tijd over. Want als de behandeling eenmaal is gestart, ben je misschien al te laat om vruchtbaarheidsproblemen te voorkomen.’

Zaadcellen vooraf invriezen

Wat zijn de grootste risico’s? Annelies: ‘Chemotherapie, bestraling of een operatie kunnen bij meisjes de eicelvoorraad in de eierstokken aantasten. Die schade is niet te herstellen. Bij jongens zitten er stamcellen in de zaadballen. Als die stamcellen beschadigd raken, kunnen ze geen zaadcellen meer maken. Van jongens in de puberteit vriezen we daarom standaard zaad in voordat de behandeling start. Bij jongere jongens kunnen we binnenkort stukjes weefsel van de zaadbal invriezen. De stamcellen kunnen dan later weer zaadcellen maken.’

Eierstokweefsel later terugplaatsen

Meisjes die al menstrueren en ouder zijn dan 16 jaar kunnen eicellen laten invriezen. Annelies: ‘Omdat het meestal te lang duurt om eicellen uit de eierstokken te halen – zo’n twee weken – vriezen we vaak liever stukjes eierstokweefsel in. Dat kunnen we ook bij jongere meisjes doen die nog niet menstrueren. Als een meisje later kinderen wil krijgen, kunnen we die stukjes ontdooien en terugplaatsen in de buik.’ Deze behandeling is bij kinderen nog experimenteel, zegt Annelies. ‘Het kan zijn dat er ook in de eierstokken uitgezaaide kankercellen zitten. Die wil je natuurlijk niet later bij een terugplaatsing weer in het lichaam brengen. We verwachten dat er de komende jaren veel nieuwe technieken worden uitgevonden. Zodat we de stukjes 100% veilig kunnen terugplaatsen als een meisje eenmaal volwassen is.’

Extra gesprek over vruchtbaarheid

Annelies heeft een duidelijke boodschap: als je nu niet invriest, ben je vaak te laat. ‘De eerste stap is dat de arts altijd over vruchtbaarheid begint, hoe jong het kind ook is. Voor informatie over risico’s én de mogelijkheden is een extra gesprek zinvol, met mij of iemand van het fertiliteitsteam. Zo kun je als ouders een goede keuze maken, waar je kind later profijt van kan hebben.’

Dr. Annelies Bos werkt sinds 2010 als gynaecoloog in het UMC Utrecht. Zij heeft zich gespecialiseerd in de Voortplantingsgeneeskunde en in vruchtbaarheid bij kanker. In 2003 promoveerde Annelies bij de afdeling Medische Oncologie en Gynaecologische Oncologie van het UMCG in Groningen. Zij is mede-oprichtster van de eicelbank in het UMC Utrecht en was betrokken bij de opzet van het fertiliteitsteam van het Prinses Máxima Centrum. Ouders kunnen de arts van hun kind vragen om een extra gesprek bij het fertiliteitsteam.