De naam van de LATER-poli is afgeleid van LAngeTERmijn. Op de LATER-polikliniek wordt gekeken naar het optreden van lange termijn effecten van de behandeling van kinderkanker. Dit expertisecentrum in het Máxima zorgt ervoor dat kinderen die genezen zijn van kanker goede zorg en voorlichting krijgen. Door nauwe samenwerking met de LATER-research afdeling verbeteren de toekomstige behandelingen van kinderen met kanker.
Tijn
Als brugklasser werd Tijn (20) behandeld voor Hodgkin lymfoom met verschillende chemokuren, een half jaar lang. Hij bleef tijdens de behandelingen zoveel mogelijk naar school gaan, de brugklas was leuk en vormde afleiding. Tijn heeft de slechtste herinneringen aan bepaalde chemokuren: Hij kreeg veel pijn aan handen en voeten, later ook nog aan zijn rug waardoor hij een tijdje in een rolstoel terecht kwam. Die pijnlijke handen en voeten, neuropathische pijn, heeft hij nog steeds en dat zijn zogenoemde ‘late effecten’ van zijn kankerbehandeling. Hij houdt van sporten met vrienden en past zijn programma aan op de pijn. Tijn: ‘Ik kan niet goed hardlopen maar bijvoorbeeld wel op een crosstrainer. Een balletje trappen op het veldje vlakbij vind ik ook altijd leuk. En, voegt hij er lachend aan toe: ‘Door mijn pijnlijke handen heb ik een nog slechter handschrift gekregen dan ik al had.’
Controle
Binnenkort gaat Tijn naar de LATER-poli in het Prinses Máxima Centrum: ‘Ik vind de LATER-poli een prettig idee, het stelt mij gerust dat ik altijd met vragen terecht kan. Ik heb nog steeds last van late effecten en de LATER-arts controleert hoe het daarmee gaat en geeft mij advies. Hopelijk wordt er iets gevonden, een behandeling of medicijn, waardoor ik van de pijn afkom. Hoewel ik echt wel geleerd heb om er goed mee om te gaan.’ Tijn krijgt een soort bonus: hij blijft bij Dr. Andrica de Vries, de kinderoncoloog die hem ooit behandelde maar nu ook LATER-arts is in het Prinses Máxima Centrum.
Monitoren
Andrica de Vries, LATER-arts: ‘Voor de polikliniekafspraak vult de survivor een vragenlijst in, die ik gebruik als voorbereiding op het polibezoek. Ik weet dan al deels wat er speelt. Tijdens het bezoek bespreken we de specifieke vragen die er zijn, maar bespreek ik ook wat we doen op de LATER-poli, en waarom. Daarnaast verricht ik lichamelijk onderzoek. Er zijn bepaalde richtlijnen opgesteld voor andere onderzoeken, dus wanneer dat aan de orde is volgt er soms een lab- of echo-onderzoek. Je kunt daarbij denken aan een echo van het hart als de survivor bepaalde chemotherapie heeft gehad. Als het nodig is, verwijs ik een survivor naar een andere medisch specialist of een psycholoog.
Follow-up
Steeds meer kinderen met kanker genezen dankzij betere behandeling en zorg. Op dit moment zijn er in Nederland meer dan 12.000 mensen die als kind kanker hebben gehad. Uit onderzoek blijkt dat zij meer kans hebben op gezondheidsproblemen. Soms ontstaan die problemen pas jaren na de behandeling. Bij tijdige controle zijn veel klachten goed te behandelen. Andrica de Vries: ‘Vijf jaar na een behandeling voor kinderkanker wordt een survivor voor het eerst uitgenodigd. Dat is nu voor Tijn aan de orde. Afhankelijk van de behandeling en aanwezige lange termijn effecten, vindt er elk jaar, elke twee jaar of elke vijf jaarcontrole plaats.’ Het bezoek aan de LATER-poli is onderdeel van de landelijke richtlijn follow-up kinderkanker. Tijn ziet zijn ‘eigen’ kinderoncoloog weer terug op de LATER-poli en zegt: ‘Dr. de Vries heeft ooit gezegd: Je kunt mij altijd bellen. Als ik klachten krijg, voel ik mij namelijk bezorgd. Ik denk dan dat het kanker kan zijn. Daarom is de LATER-poli voor mij vooral geruststellend.’